Ouderen willen thuis oud worden
Ouderen willen thuis oud worden
Iedereen wil in goede gezondheid oud worden. Vroeg of laat worden we echter allemaal geconfronteerd met ouderdom en ziekte en hebben we nood aan specifieke zorg. Sommigen kunnen langer thuisblijven in hun bekende omgeving dankzij thuiszorg, dagopvang of een kort verblijf in een ziekenhuis en anderen moeten naar een rusthuis verhuizen. We moeten er in ieder geval voor zorgen dat de nodige zorg verleend kan worden tegen een betaalbare prijs en in een aangename leefomgeving.
Het Brussels Gewest onderscheidt zich van Vlaanderen en Wallonië op het vlak van ouderenzorg. En dat is niet zonder reden. Vlaanderen en Wallonië tellen evenredig gezien minder ouderen en in de komende zes jaar zal het aantal ouderen er niet spectaculair veranderen.
Daardoor volstaat het huidige goed op ons grondgebied verdeelde aanbod aan plaatsen in rusthuizen om tegemoet te komen aan de behoeften van de Brusselse bevolking. In Brussel zou een groot aantal ouderen dat in een rusthuis woont echter nog steeds in hun bekende omgeving kunnen wonen. Dat verschijnsel is toe te schrijven aan het gebrek aan alternatieve structuren (onder meer in de sector voor mensen met een handicap en de mentalegezondheidszorgsector), aan het grotere aantal alleenstaande personen dan elders en zelfs aan de hogere kosten voor vaak onaangepaste huisvesting.
De sectoren voor de verzorging van ouderen moeten momenteel dus doeltreffend gereorganiseerd worden zodat iedereen als het zover is een beroep kan doen op de meest geschikte formule. Een van de taken van de overheid is ervoor zorgen dat aan burgers hun hele leven lang en in alle zelfredzaamheidsstadia de beste levenskwaliteit wordt verzekerd. Ook budgettair gezien is dat nodig. Ervoor zorgen dat ouderen thuis kunnen blijven wonen is een van de oplossingen.
Als men over meer middelen beschikt om ervoor te zorgen dat ouderen in goede omstandigheden thuis kunnen blijven wonen, zou dat met zich brengen dat een groot aantal ouderen niet ergens anders gehuisvest moet worden. Daartoe zal in de komende jaren een aanpak per wijk worden ontwikkeld. Er zal op zoek gegaan worden naar manieren om opnieuw voor een sociaal netwerk te zorgen en manieren om de zaken beter af te stemmen op de behoeften van ouderen. Ouderen thuis laten wonen is echter niet altijd mogelijk. Daarom moeten we de dienstverlening in rusthuizen blijven ontwikkelen en verbeteren om ervoor te zorgen dat het Brussels Gewest genoeg plaats heeft voor patiënten die meer begeleiding en verzorging nodig hebben.
Om kwaliteitsvolle verzorging aan te bieden moeten rusthuizen er bovendien ook voor zorgen dat ze zich openstellen naar de buitenwereld en dat bewoners de kans krijgen om deel uit te maken van het gewone leven in de wijken. Dat is bijvoorbeeld mogelijk door een cafetaria of een handelszaak te openen of zelfs door activiteiten te organiseren in het rusthuis waardoor wijkbewoners zich naar binnen willen begeven.
In Brussel vinden we dat alles in het werk gesteld moet worden om ervoor te zorgen dat onze ouder wordende medemensen in hun bekende omgeving en dus in hun wijk kunnen blijven. Daarom lopen er momenteel drie proefprojecten in drie Brusselse wijken in Etterbeek, Sint-Gillis en Schaarbeek om een model te testen rond de organisatie van geïntegreerde zorg per wijk om in hun leefomgeving de levenskwaliteit en het welzijn van ouderen met verminderde zelfredzaamheid te verbeteren.
We investeren echter ook in de rusthuizen door het personeel verder op te leiden en de Brusselse zorginstellingen te renoveren.
Didier Gosuin, minister van Gezondheidsbeleid, Begroting en Openbaar Ambt van de GGC
Lees het volledige bericht op GuideSocial.be of in pdf.