Tewerkstellingssteun in het Brussels Gewest
Tewerkstellingssteun in het Brussels Gewest
De ordonnantie "tewerkstellingssteun", die op donderdag 1 juni gestemd werd in de Commissie Economische Zaken van het Parlement, zal een echte omwenteling teweegbrengen in het tewerkstellingsbeleid van het Brussels Gewest. Tegelijkertijd worden de uitvoeringsbesluiten, die de uitvoering van de steunvoorzieningen voor tewerkstelling zullen toelaten, goedgekeurd binnen de Brusselse Regering. Een wetgevend proces dat de inwerkingtreding van de nieuwe maatregelen op 1 oktober eerstkomend zal mogelijk maken.
Met de zesde staatshervorming heeft het Brussels Gewest nieuwe bevoegdheden betreffende tewerkstelling verworven, en met name talrijke voorzieningen voor tewerkstelling. Het probleem? Een aanzienlijke hoeveelheid van de financiële middelen is, ondanks de regionalisering van deze voorzieningen, nog bestemd voor Vlaamse of Waalse pendelaars.
“Verbrusseling”
De minister heeft dus besloten tot de "verbrusseling" van de steunvoorzieningen: bijna 255 miljoen is uitsluitend bestemd voor de tewerkstelling van Brusselaars. Een nooit eerder geziene herstructurering, die het gevolg is van grondig werk met de sociale partners en in samenwerking met Actiris en Brussel Economie en Werkgelegenheid.
Ook al is de werkloosheid in Brussel sinds het begin van de legislatuur blijven afnemen, toch vereisen bepaalde doelgroepen van werkzoekenden nog steeds bijzondere aandacht op het vlak van tewerkstellingsbeleid: jongeren onder de 30 jaar, laaggeschoolden, langdurig werkzoekenden en oudere werknemers.
Drie essentiële doelstellingen stuurden de uitwerking van de hervorming van de steunvoorzieningen:
VEREENVOUDIGING – VERBRUSSELING – OVERGANG
Dat vertaalt zich concreet in:
- een vermindering en vereenvoudiging van het aantal overgenomen voorzieningen;
- een grotere begrijpelijkheid van de voorzieningen voor zowel werkzoekenden als werkgevers;
- een herverdeling van de gewestelijke middelen over de Brusselaars die ondersteund moeten worden;
- een doeltreffende en snelle overgang van opleiding naar werk.
Een werkgelegenheidsbeleid afgestemd op het publiek kwetsbare
Het Brussels Gewest vertoont een verontrustende paradox. Het is een gewest met een zeer grote economische aantrekkingskracht en is ook bijzonder belangrijk voor de ontwikkeling van tewerkstelling in België. Tegelijkertijd blijft een groot deel van de bevolking van het gewest uitgesloten van die economische rijkdom en krijgt het geen toegang tot een duurzame job.
In die context moet men een werkgelegenheidsbeleid voeren dat aangepast is aan de meest kwetsbare doelgroepen op de Brusselse arbeidsmarkt. Dat is het gevoerde beleid in het kader van de hervorming van de tewerkstellingssteun.
Het Brussels Gewest, dat nieuwe bevoegdheden kreeg, heeft de voorzieningen voor tewerkstelling immers "verbrusseld" door ze aan te passen aan de behoeften van de werkzoekenden: een ambitieuze hervorming, afgestemd op Brusselaars, die betrekking zal hebben op bijna 20% van de werkzoekenden, ofwel meer dan 18.000 jobs.
De hervorming, die zodanig werd uitgedacht om alle beleidsmaatregelen inzake tewerkstellingssteun te optimaliseren, legt ook de nadruk op de overgangsperiodes. Zo zal een werkzoekende achtereenvolgens kunnen gebruik maken van verschillende voorzieningen die de duurzame inschakeling van die werkzoekende op de arbeidsmarkt beogen.
Dankzij deze hervorming van de tewerkstellingssteun voorziet het Brussels Gewest zich van de nodige middelen om de bestaande kloof tussen het aanbod van en de vraag naar tewerkstelling te dichten en de werkzoekenden en werkgevers dichter bij elkaar te brengen. Dit is des te meer een cruciale uitdaging aangezien Brussel tegen 2025 zijn financiële autonomie zal moeten waarborgen.
Meer informatie in het Nederlands en in het Frans.
Bekijk ook deze video.