“De beste manier om werknemers voor te bereiden is om ze zelf op te leiden”

“De beste manier om werknemers voor te bereiden is om ze zelf op te leiden”

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering trekt een premie van € 1.750 uit om bedrijven te stimuleren meer jongeren uit het alternerende onderwijs aan te werven

Alternerende opleidingen leiden bijna zeker tot werk: 82% van de jongeren die slaagden voor een alternerende opleiding vond binnen het jaar werk. Ondanks dat blijft alternerende opleiding hier een randverschijnsel. In Brussel zijn 5.778 jongeren ingeschreven voor een alternerendeopleidingscyclus. Dat is een toename met 12% in een jaar, wat echter wel gering blijft ten opzichte van de 20.000 nieuwkomers bij Actiris.

De moeilijkheid bestaat erin bedrijven te vinden die willen meewerken. In september jongstleden konden 385 jongeren niet van start gaan met hun opleiding omdat er geen werkgevers waren die hen wilden aanvaarden. Er is een beruchte kloof tussen het macro-economische discours van werkgeversfederaties, die pleiten voor de uitbouw van alternerende opleidingen, en de micro-economische realiteit bij bedrijven die erop zouden moeten ingaan. De premie van 1.750 euro van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering zou hen ertoe moeten aanzetten dat te doen.

Alternerende opleiding, een kloof tussen het discours en de realiteit

In België is er nog geen echte cultuur van partnerschap tussen het onderwijs en de bedrijfswereld zoals in Duitstalige of Scandinavische landen. Aan de ene kant is er angst voor een soort privatisering van opleidingen. Aan de andere kant is er nog geen maatschappelijk bewustzijn van de noodzaak voor bedrijven om in opleiding te investeren.

Heel paradoxaal wanneer men het altijd heeft over oningevulde betrekkingen. “De beste manier voor bedrijven om toekomstige werknemers voor te bereiden is ze zelf op te leiden”, vervolgt Brussels minister van Economie, Tewerkstelling en Beroepsopleiding Didier Gosuin. Om meer bedrijven ertoe aan te zetten te investeren in alternerende opleiding, werd er voorzien in een incentive: bedrijven die de werknemer aanwerven na afloop van de alternerende opleiding krijgen een vermindering van de werkgeversbijdragen ten belope van € 15.900 over 30 maanden.

Alternerende opleiding: de jacht op nieuwe sectoren

Om het alternerende-opleidingsaanbod nog verder uit te bouwen gaat het opleidingscentrum EFP vanaf het begin van het schooljaar 2018-2019 van start met 10 nieuwe opleidingen. Die zullen gericht zijn op veelbelovende beroepen die inspelen op de nieuwe behoeften van onze economie, gaande van schrijnwerker over eventorganisator, fitnessinstructeur, lasser en assistant developer tot pizzabakker. Ook voor de beveiligingssector komt er een traject op maat.

Dat is lang niet alles: “wij voorzien in premies voor leerlingen met een alternerende opleiding, bovenop een vergoeding voor hun werkgever. Daarnaast voorzien we nog in coaching om hen op de juiste plaats te krijgen voor ze beginnen, om zo het aantal mislukkingen te beperken. Maak je geen illusies: op vlak van uurroosters en verschillende vereisten is een alternerende opleiding veeleisender dan een traditionele schoolopleiding. Maar na zo’n opleiding is de jongere perfect uitgerust voor het leven in een bedrijf”, stelt Didier Gosuin.

Voor bedrijven werden nog andere maatregelen genomen dan de voormelde premie, zoals de goedkeuring van een enkele overeenkomst voor de opleidingen en de opheffing van de administratieve kosten van € 128. “Het was haast lachwekkend: men bedelde bijna voor betrekkingen voor leerlingen met een alternerende opleiding, maar tegelijk vroeg men bedrijven om ervoor te betalen”, klinkt het nog bij de minister.

Nu is het dus aan de werkgeversverenigingen om actie te ondernemen en hun leden bewust te maken van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Actiris heeft overigens drie ambtenaren aangeworven om te prospecteren bij bedrijven.

Lees het (Franse) artikel van Trends hier of raadpleeg het volledige (Franse) dossier rond de ‘War of Talents’ hier.