De werkgelegenheid stagneert helemaal niet in Brussel

De werkgelegenheid stagneert helemaal niet in Brussel

Mobiliteitsproblemen zorgen ervoor dat de werkgelegenheid in Brussel stagneert, stond in De Tijd enkele dagen geleden, op basis van een studie van de KUL. Dat is een bewering die Didier Gosuin, minister van Tewerkstelling, uit zijn vel deed springen. Voor hem voelt het bijna aan als een nieuwe vorm van ‘Brusselbashen’, maar hij geeft argumenten, ondersteund door de cijfers, om aan te tonen dat de werkgelegenheid net sneller gestegen is in het Brussels Gewest dan in de twee andere gewesten.

Ik betwist de kwaliteit van de studie niet, benadrukt Didier Gosuin eerst. “Het gaat echter om een geheel onvolledige studie, aangezien er gebruikgemaakt wordt van de cijfers van de RSZ, die enkel rekening houden met de werknemers. Het aantal zelfstandigen in Brussel is echter sterk gestegen. In de studie wordt overigens geen rekening gehouden met de 48.000 internationale werknemers die geen RSZ-bijdragen betalen.”. Hij wijst er ook op dat in 2016 alleen al 2.000 ondernemingen werden opgericht in Brussel.

De minister betreurt ook de gekozen periode. “De studie heeft betrekking op mei 2015 tot mei 2016. Dat is de periode net na de aanslagen én na de problemen die we gekend hebben door de gesloten tunnels.”. Hij gaat echter in de tegenaanval door andere cijfers op tafel te leggen. “Als we de cijfers van de FOD Economie analyseren, blijkt dat de werkgelegenheid tussen 2016 en 2017 met 1,4% steeg in Brussel. Dat is meer dan in Vlaanderen (+ 0,9%) en Wallonië (+ 0,3%). Het aandeel Brusselaars dat in Brussel werkt, is overigens aan het stijgen. Dat aandeel steeg namelijk van 48 naar 52%. Maar ook het aantal Brusselaars dat buiten Brussel werkt is aan het stijgen. Vergeleken met 2014 werken er immers 7.000 meer Brusselaars in Vlaanderen en 4.000 meer Brusselaars in Wallonië. Het aantal uitgaande pendelaars is sinds de oprichting van het Gewest in 1989 nog nooit zo groot geweest.”.

Didier Gosuin erkent dat de mobiliteit niet ideaal is in de hoofdstad, maar hij betreurt het te gunstige bedrijfswagensbeleid van de federale overheid en is voorstander van de ontwikkeling van het GEN. “Dat Brussel zo gestigmatiseerd wordt, terwijl onze werkloosheidsgraad lager ligt dan in Antwerpen, is niet correct. Ik heb er genoeg van dat het Brussels Gewest in een negatief daglicht wordt geplaatst.”.

En hij legt daarbij nog een laatste cijfer op tafel. “Onze actieve beroepsbevolking steeg tussen 2016 en 2017 met 1,8%. In Vlaanderen was dat 1,3% en in Wallonië 0,6%. Brussel draagt dus bij aan de verjonging van de arbeidsmarkt en dat houdt ons niet tegen om de werkloosheidsgraad te doen dalen. Voor de algemene werkloosheidsgraad bevinden we ons terug op het niveau van de cijfers van 2002 en voor de jeugdwerkloosheid op het niveau van de cijfers van mei 1990.”.

Lees het artikel in La Capitale.

Meer informatie.